Vermeldenswaard is de eerste ‘jenever ervaring’ van Ton. Traditiegetrouw kregen de gistrijders – die met hun paarden en wagens voor de plaatselijke bakkers in Delft en de omliggende dorpen gist kwamen halen – na gedane zaken een oorlam aangeboden. Dat mosterdglaasje jenever werd ad fundum achterover geslagen en ook van de jongste bediende werd verwacht dat hij daaraan meedoet: ‘Ik dacht dat ik gek werd! Het was mijn eerste borrel’, zou hij later zeggen.
Door de journalistieke ambities kwam Ton in aanraking met een ander vak waarin de taal een cruciale rol vervult: het toneel. En daar – in repetitieruimtes en klaslokalen, tussen de coulissen en in het licht van de schijnwerpers – vond hij zijn ware roeping: een leven in het theater. En zo kwam Ton op een goede dag ook naar de Stadsschouwburg in Eindhoven. Hij was duidelijk uit het goede hout gesneden. Ook hij vond de weg naar café de Oude Vlek, genoemd naar de distilleerderij uit Delft. De rest is geschiedenis. Het zou hem leiden naar d’Haone, en naar een haonekiel met Zilveren Haon.