Print deze pagina

Stadsherberg / Stads

De Stadsherberg / Stads

De Stadsherberg aan de Paradijslaan te Eindhoven was een bijzonder café. Aan het wapen in de glas-in-lood strook kon je zien, dat het café gesticht was door brouwerij De Oranjeboom. Deze bouwde in 1928 een café met twee bovenwoningen aan de voorzijde van een bierdepot. De ligging was strategisch, want op het Frederik van Eedenplein werd wekelijks de Eindhovense veemarkt gehouden.

De zaak werd ‘Café Oranjeboom’ gedoopt en de eerste uitbater was Piet Bogers tot 1934. In dat jaar werd hij opgevolgd door de beroemde wielrenner en verzetstrijder Jan van Hout. Jan werd op 17 oktober 1908 geboren in Valkenburg en was wielerprof van 1932 tot 1940. In 1933 verbeterde hij het werelduurrecord (44, 588). Zijn verdiensten als zesdaagsenrenner belegde hij in het café in Eindhoven. Als principieel anti-nazi sloot hij in het begin van de tweede wereldoorlog zijn zaak. Hij weigerde namelijk te tappen voor de Duitse bezetters. Hij ging in het verzet en dook onder, maar werd bij een razzia door de SS ingerekend. In het concentratiekamp Neuengamme kwam er op 19 februari 1945 een eind aan zijn leven, twee maanden voor de bevrijding. Op de Cauberg in Valkenburg kreeg Jan van Hout een monument, op 15 mei 2006 onthuld door zijn weduwe en Bernard Hinault. Jan van Houts opvolger was Leonardus Wilhelmus Lenaers, ex Limburgia (hoek Demer), ex-Continental, ex-Schimmelpenninck, ex-Ambasadeur en vanaf zijn overlijden op 1 september 1962 zijn weduwe Cornelia Lenaer-van Vliet.

Vanaf 1968 werd het café geëxploiteerd door Willy van de Waardenburg en Pierre Jonkers. Na twee jaren Joop Ummels als kastelein, namen in 1970 Marja de Krom (21) en haar vriend Will Sanders (28) de scepter van de Stadsherberg over. Het eerste jaar werd door Marja en Will getapt ‘op stock’. De feitelijke exploitatie en financiële risico’s waren belegd bij de brouwerij. Vanaf 1971 namen de jonge kasteleins echter ook de volledige exploitatie over.

Tot die tijd was Marja etaleuze bij de Bijenkorf. Ze was daar een collega van Dimitri van Tooren. Hoewel Marja het een leuke job vond, liet ze zich door Will overhalen om in een café te gaan werken. Voor vijf jaar, had ze hem gezegd, “want je wilt het zo graag”. Will werkte destijds al buschauffeur bij het gemeentelijk vervoerbedrijf.

Die vijf jaar werden er veel meer. Samen maakten Marja en Will van hun café een succes. De Stadsherberg werd een thuis voor de drukkers en redacteuren van het Eindhoven Dagblad, voor gemeenteambtenaren, voor architecten, voor advocaten, makelaars, hockeyers van Oranje Zwart en EMHC. En zelfs voor de jonge scholieren van het nabij gelegen Sint Joris College, het Van Maerlandt en de Petrus Canisius Mulo, die er hun pauzes plachten door te brengen.

Maar meer dan dat ...

StadsherbergDe Stadsherberg werd hèt vaste thuishonk voor hele generaties leden van de ‘Binnenstadse Carnavalsvereniging d’Haone’. Zo hadden alle kapellen van d’Haone er hun vaste repetitieruimte. Dat was soms wel eens dringen, want met meerdere kapellen waren soms alle zaaltjes vol. Geen punt, dan oefende een van de kapellen gewoon op de zolder van de naast het café gelegen privéwoning van Marja en Will.

Vooral op vrijdagavond was het er een drukte van belang. Naast repeterende muziekskes, kwamen er ook de niet musicerende Haoneleden. Er werden dan heel wat pilsjes gevat in het bruine café met massief eiken interieur en gezellige inhammenbar.

d’Haone hielden er hun jaarlijkse ledenvergaderingen, en verkochten er in de jaren dat ze resideerden in de Agora/Bistro ook de felbegeerde entreekaarten voor hun themafeesten tijdens het carnaval. Daar werd soms om gevochten. Met zoveel Haone over de vloer gebeurde er altijd wel wat.

Haan in kooiMarja vormde indertijd ‘de voltallige dansgarde’ van CV de Badmutsen. Deze inventieve groep had samen met de leden van We Doen Wa We Kenne uitnodigingen verstuurd naar bevriende verenigingen, met de bijzondere aankondiging dat d’Haone een prins zouden krijgen. De toenmalige ‘CV de Blauwbuiken’ uit Gestel maakten graag gebruik van deze uitnodiging. Ze wilden met eigen ogen zien, hoe d’Haone zich eindelijk zouden schikken naar het carnavalsprotocol ... Maar in plaats van een prins werd een witte levende haan in een kooi naar binnen gebracht, samen met grote doos vol stinkende kippenveren en kippenpoten. In een onbeschrijfelijke chaos zijn veren en poten door het gehele etablissement gegooid. Alles, werkelijk alles, zat onder de kippenveren, zelfs tot in de kelder. De schoonmaak heeft twee volle dagen geduurd. Maar afgaand op de stank, kon iedereen zeggen: ’t Is hier een echt kippenhok’.

In 1984 overleed Will plotseling op veertigjarige leeftijd en brak voor Marja een zware tijd aan. Een groep van de vaste klanten, waaronder diverse Haone, besloot piketdiensten te gaan draaien, zodat Marja er niet alleen voor stond. Vooral als ‘s nachts de kas moest worden opgemaakt.

In de loop der jaren werd de binding tussen d’Haone en de Stadsherberg ook zichtbaar. Het hele interieur ademde de sfeer van carnaval. Foto’s van d’Haone, een enorme hoeveelheid beeldjes van hanen uit alle werelddelen, het vaandel van d’Haone, oude Haone-instrumenten, en schier oneindig veel onderscheidingen. De Stadsherberg was een Haone museum pur sang, waar men ook een biertje kon drinken.

Maar het café zou ook andere carnavalsvierders aan zich weten te binden. Zo waren alle stadsprinsen er kind aan huis. Marja wist - ondanks alle geheimhoudingsverplichtingen van de F.E.C. - al heel vroeg wie de nieuwe stadsprins zou worden. De kandidaat-prinsen waren voor Marja een ‘open boek’. Ze verraadden zich met hun ogen, zou Marja zeggen. Jarenlang hebben foto’s van alle Stadsprinsen de wanden van de Stadsherberg gesierd.

In 1985 trouwde Marja haar jeugdvriend Thieu van Bokhoven. Jarenlang waren ze het gezicht en bezieling van die unieke carnavaleske huiskamer, met als hoogtepunt de jaarlijks terugkerende feestelijkheden tijdens de nieuwjaarsnacht. De Veterhaône, als immer sfeervolle gangmakers op die feesten, werden gesymboliseerd door de grote grijze Veterhaôn die aan de witte buitengevel hing.

2015 StadsMarja en Thieu stopten met de Stadsherberg in 2005. De huidige eigenaar Harold van Nielen, geboren in 1970, bouwde het etablissement uit tot ‘Café Restaurant Stads’.

Harold is sinds 1994 tevens eigenaar van ‘Café Bar ’t Mulderke’, gelegen aan de Wal 7 te Eindhoven. 

Lees 88242 keer Laatst aangepast op maandag, 20 december 2021 10:38

Gerelateerde items (op tag)