In de jaren 1963 tot en met 1966 viert Jan Swinkels uit Best carnaval bij Sociëteit Jocus in Venlo. Jocus is in die periode te vinden in Hotel Nationaal. Jan kijkt er zijn ogen uit. Met kundige ogen, want Jan studeert aan de Eindhovense Academie voor Industriële Vormgeving in Eindhoven. Vastelaovond vieren in Venlo blijkt meer te zijn dan alleen maar carnaval, het is ook cultuur opsnuiven. Jan Swinkels vindt bij Jocus de inspiratie die hij zal inzetten voor een eigen carnavalsclub in Eindhoven.

Als kinderen uit het Philipsdorp in de zestiger jaren met hun ouders naar de ‘stad’ gingen, bedoelde men doorgaans daarmee dat men ‘naar de winkels ging’. De term ‘stad’ had in de hoofden en harten veel minder de betekenis van ‘het bestuurlijke centrum’ van de annexatiegemeente Eindhoven die in 1920 was ontstaan, door de samenvoeging met de dorpen Strijp, Stratum, Gestel, Woensel en Tongelre.

‘Tante Riek’ - Riek van de Meerakker (Kasteleinse van 't Huufke, Waalre)

‘Tante Riek’ was een begrip in Waalre. Als Henrica van Dijk was ze gehuwd met Driek van de Meerakker. Vanaf 1950 runde zij samen met haar man het café.
Waarom verder stappen? Ons Riek zal hier wel tappen.’, was de lijfspreuk die wijd en zijd bekend was. En even verderop: ‘Dus leg eens aan en neem een halve haan’.
In 1980 zette het echtpaar een punt achter hun werk na dertig jaar noeste arbeid.

Het Stadspaviljoen

In mei 1961 werd de eerste paal voor de Stadsschouwburg geheid door schrijfster Harriet Laurey (1924-2004) uit Eindhoven op de plek waar de Engelse tuin van de rentenierende Amsterdamse familie Sinkel (jawel, van de ‘Winkel van Sinkel’) was aangelegd, inclusief koetshuis. Na het overlijden van Bernard Sinkel in 1890, kocht het Eindhovensch Mannenkoor een van de drie afgesplitste kavels. Waar nu de Wim van Doorne Muziekkiosk staat, werd toen een muziekkiosk gebouwd. Het Koetshuis werd omgebouwd tot paviljoen voor de zomerse buiten optredens van het koor.

Ben Ullings (directeur Eindhovense Stadsschouwburg)

De eerste directeur van de Stadsschouwburg werd Ben Ullings. Ben was tevens directeur van de ‘Kunststichting’ en directeur van de ‘Stichting Kunstzinnige Vormgeving Eindhoven’ (SKVE). Hij was toneelspeler bij de ‘Jonge Spelers’ (van 1950) en medeoprichter van ‘Toneelgroep Proloog’. Proloog hield zich vooral bezig met vernieuwend theater en zorgde daarmee voor een grote toeloop van toneelliefhebbers uit heel Nederland en opvallend veel uit Vlaanderen.

Hotel Café Restaurant Limburgia

Op de Markt 14 was lange tijd de ‘Neerlandsch Koffyhuys & Graanbeurs’ gevestigd, ook wel ‘Café de Korenbeurs’ genoemd. Dit werd in 1953 omgedoopt tot ‘Hotel Café Restaurant Limburgia’. Het pand lag op de plaats waar nu de ingang is naar de Heuvelgalerie en het Muziekcentrum.

Hotel Café Restaurant Stad Rotterdam

Van dit café-restaurant is weinig informatie terug te vinden. Het lag aan de zuidzijde van de Markt. Recht tegenover de chique Rotterdamsche Bank die in 1964 gefuseerd was met de Amsterdamsche Bank tot AMRO-bank. Aan de noordzijde van de markt werd geld verdiend, aan de zuidzijde werd het met bakken uitgegeven.

Hotel-Café Restaurant Continental / Café Betsie Morgenstern / Eetcafé Publiek

Dit knusse, kleine café lag en ligt aan de Eindhovense markt. Het is ook bekend onder de naam ‘Hotel-Café Restaurant Continental’. Het etablissement werd bestierd door Betsie van de Waardenburg. Er waren wel 70 soorten buitenlandse bieren te verkrijgen. Dit was mogelijk omdat Betsie Morgenstern een zogenaamde ‘onafhankelijke’ kroeg was. Dat wil zeggen onafhankelijk van een bierbrouwer. Hierdoor kon de waard zelf bepalen wat hij zijn klanten aanbood.

Stadsschouwburg / Parktheater

In mei 1961 werd de eerste paal voor de schouwburg geheid door schrijfster Harriet Laurey (1924-2004) uit Eindhoven op de plek waar de Engelse tuin van de rentenierende Amsterdamse familie Sinkel (jawel, van de ‘Winkel van Sinkel’) was aangelegd, inclusief koetshuis. Na het overlijden van Bernard Sinkel in 1890, kocht het Eindhovensch Mannenkoor een van de drie afgesplitste kavels. Waar nu de Wim van Doorne kiosk staat, werd toen een muziekkiosk gebouwd.

Adèle Bloemendaal (actrice)

Adèle begon haar professionele loopbaan bij het theatergezelschap Puck. Daarna speelde ze mee in het Lurelei Cabaret, toneelgezelschap Arena, Toneelgezelschap Johan Kaart en het Cabaret Johnny Kraaykamp. Vanaf 1962 verscheen ze steeds vaker op televisie en speelde onder andere mee in 'Laat Ze Maar Praten' van Cabaret Sieto Hoving. In de periode 1963-1966 speelde Bloemendaal in verschillende stukken met Ensemble en Albert Mol. In 1967 stond ze samen met Ensemble op het toneel in de stukken ‘Je Kunt 't Toch Niet Meenemen’, ‘Dallas 22 November 1963’ en ‘Pygmalion’.

Pagina 20 van 28